‘Wil je er slagroom en korreltjes op?’

Eindelijkkkkk!!!

Slecht weer kennen we niet, riepen we hier altijd.

Nou … daar zijn we op terug gekomen. Na een half jaar onafgebroken regen – tenminste, zo voelde het – is daar eindelijk, eindelijk weer eens de zon.

Het was de beste investering van het afgelopen jaar: regenlaarzen!

Maar die mogen wat ons betreft nu even genieten van hun welverdiende rust.

Mooi weer en dus … tijd voor een ijsje. Zo vond een van de kinderen, die de zandbak als een grote ijscomachine zag. Alle leidsters hadden al hun keuze gemaakt, toen de laatste aan de beurt was.

‘Lust je een ijsje?’

‘Natuurlijk!’

‘Aardbei of chocola?’

Dat is voor de gemiddelde leidster van De Helpende Handjes niet zo’n lastige vraag. Sterker nog: Jamie is ons team per 1 april komen versterken. Dat sollicitatiegesprek ging ongeveer als volgt:

‘Heb je ook hobby’s?’

‘Ja, ik maak graag mijn eigen chocolade.’

‘Oké. Nou dan zijn we er wel uit, denk ik: je bent aangenomen!!!!’

Gelukkig is Jamie ook als pedagogisch medewerker een topper, hoor -)

Dus het antwoord liet zich raden: aardbei of chocola?

‘Doe maar chocola!’

Collega’s al lachen. Die hadden vlak daarvoor dezelfde bestelling doorgegeven en wisten wat er ging komen!

‘Wil je er slagroom en korreltjes op?’

‘Korreltjes? Oh … discodip! Ja, lekker!’

En daar was het ijsje. Van chocoladezand. Het water kwam al in de mond te staan van de leidster: want ijs, chocola en slagroom, dat is zo ongeveer het favoriete ‘food’ van iedere vrouw, toch?

Totdat de peuter zei, met een heel ernstig gezicht: ‘Wist je dat? Dat chocolade is gemaakt van poep …’

Misschien dat we nu van onze chocoladeverslaving af komen -)

Taart maken van kruidenboter en douchen met kaas

Bij De Helpende Handjes werken we ‘kindvolgend’. Dat wil zeggen dat wij als pedagogisch medewerksters de kinderen volgen.

Oftewel: wij schotelen ze geen vast programma voor. Nee, de kinderen bepalen zelf wat ze hier doen. Tot op zekere hoogte natuurlijk -)

Dat heeft heel veel voordelen. Het maakt ze bijvoorbeeld zelfstandig, het leert ze om eigen keuzes te maken en … het prikkelt hun creativiteit en fantasie. En vooral dat laatste zien we hier elke dag.

Zo rond de leeftijd van 1 à 1,5 jaar ontdekken kinderen dat er een hele nieuwe wereld is die ze zelf kunnen kneden en invullen en waar ze volledig in op kunnen gaan.

Vaak lijkt die wereld op die van hun ouders.

Dat is vaak ook de leeftijd dat we de ouders beter gaan leren kennen, via de kinderen -)

Zo was een van de kinderen deze week met een vriendinnetje een taart aan het maken van zelf gemaakte kruidenboter. Niet in de keuken, maar gewoon in de woonhoek. Moet kunnen! Tenminste, bij ons …

De boter werd gekneed, ingrediënten werden toegevoegd, ai we missen iets, maar gelukkig is de winkel om de hoek, vlug even inkopen, toevoegen en … klaar, de oven in. En nu: wachten maar …

Heerlijk om te zien hoe twee kinderen zo in deze ‘echte wereld’ op kunnen gaan! Voor het recept verwijzen wij je graag naar de kinderen zelf -)

Nog een mooi voorbeeld van de fantasie van kinderen.

We hebben een deels doorzichtige deur in de ruimte. Die kan worden geopend en dan met een haakje worden vastgezet. Dat weten de kinderen. Daar maken ze dankbaar gebruik van. Want: een doorzichtige deur, dat is de deur van een douche. Natuurlijk!

Met kleren aan. Helemaal los laten we ze nu ook weer niet!

Maar wel: met zeep.

Hebben we die? Nee. Maar we hebben wel een stuk speelgoedkaas. Lijkt net op zeep, toch?

Inzepen, het hoofd achterover, afspoelen, nog even nagenieten van de stralen op het lijf en afdrogen maar.

Zou wel mooi zijn als het zo werkte, hè?

Even achter die doorzichtige deur, blok kaas mee en je neemt je kind weer schoon mee naar huis.

Maar dat zit er hier niet in, bij een groene opvang, zelfs niet met een beetje fantasie …

‘En ehm … wat werk jij?’

Wij hebben echt het aller- allerleukste werk dat er is. Zo leuk dat we het zelf vaak niet eens als werk zien. En dat is dan wel eens verwarrend voor kinderen, zo bleek …

Deze week had een van de nieuwe baby’s het even zwaar toen vader haar hier had gebracht en weer vertrok, zonder haar.

Een van de andere kinderen bekommerde zich met ons om het kind, waarbij wij uiteraard uitlegden waarom de baby huilde. Dat de ouders gingen werken en dat de baby het geluk had dat ze daarom een dagje gezellig bij ons mocht zijn.

En ja, dat vond zij ook. Gezellig. Samen spelen, samen naar de dieren, samen eten … Ja, was allemaal keileuk.

Tegelijkertijd had de jonge dame ook een vraag.

Want al die ouders gingen dan mooi werken, om centjes te verdienen, maar … wat deden wij dan voor werk? Of zoals zij dat dan zei: ‘Wat werk jij?’

Ha … Mooi, zo’n kans om uit te leggen wat voor geweldig werk wij hebben. Hoe dankbaar het is. Hoe fijn het is om een stukje bij te dragen aan de opvoeding en aan het zorgen voor en respecteren van de kleine wereld om ons heen, de dieren en het groen.

Dat zeiden we natuurlijk niet in die bewoordingen. Iets anders. maar ze snapte het. Zoals papa en mama hun werk hebben, zo hebben wij ons werk hier.

Grappig trouwens als we kinderen die hier komen ook wel eens privé zien, buiten het kinderdagverblijf dus, zoals in de winkel. Dan zie je ze vaak achterdochtig kijken: ‘Wat doet die hier in het wild?’

Kinderen associëren ons met De helpende Handjes.

Wij horen bij de inboedel. Nee, wij zijn de inboedel -)

Maar goed …

Even later dronken we een kop koffie, terwijl de kinderen druk bezig waren. Komt de jonge dame van zojuist naar ons toe gelopen, opnieuw met een vraag. Het beroep van pedagogisch medewerker was haar waarschijnlijk nog steeds niet helemaal duidelijk.  

Want, zo vroeg ze, ‘Is koffie drinken dan ook jouw werk …?’

90.000 Bezoekers in onze achtertuin

Het is al enkele weken hartstikke druk in onze ‘achtertuin’, het stuk grond dat zo ongeveer aan ons kinderdagverblijf grenst. Daar komen dit weekend zo’n 100.000 festivalgangers op af. Een deel van hen loopt vanaf de parkeerplaats direct achter ons terrein door.

Voor Harmony of Hardcore en 7th Sunday.

Hartstikke interessant natuurlijk, want er gebeurt zo ontzettend veel de afgelopen weken. Het is een komen en gaan van werklui, er verrijst een gigantisch hoofdpodium en de ene na de immens grote tent wordt opgetrokken.

‘Gaan papa en mama ook naar 7th Sunday?’

‘Nee, die gaan naar een festival.’

‘Oké, wat gaan ze daar dan doen?’

‘Ik denk een kopje koffie drinken …’

Dat denken wij ook -)

De brug in onze tuin is deze weken extra populair: het uitzicht op het terrein is daar nog beter. Een van de kinderen zag dat er een oplegger strak langs een schutting af werd geparkeerd.

We zullen hem aan de organisatie tippen, voor over een aantal jaren.

Want even later klimt hij van de brug af, pakt de speelgoedvrachtwagen en parkeert die met minutieuze precisie langs de zandbak. Chauffeurtje hoor!

De mensen die op het terrein aan het werk zijn, vinden dat wel leuk, al die aandacht van de kinderen. Wij hebben intussen wel één probleem. ‘Want’, zei een van de chauffeurs tegen de kinderen, ‘ik zet mijn vrachtwagen hier neer. Pas jij er dan het hele weekend op?’

Hij knikte zo gretig ja dat we bang zijn dat de ouders hier dit weekend zullen moeten kamperen. (Ehm … maaien jullie dan ook meteen een keer het gras, geven jullie de dieren te eten en … ach, snoeien jullie de heg -)

Eén van de ouders zal nog even een teleurgesteld kind hebben:

Het ziet er allemaal zo mooi uit. Al die tenten, al die kleuren, alle drukte … Het is een grote kermis, een attractiepark. ‘Gelukkig ben ik bijna 4’, zei een van de kinderen, ‘dan mag ik er ook naar toe …’

Pyjamapraatjes

Kinderen horen alles, zien alles, voelen alles. Prima. Dat weten we. Dus houden we daar rekening mee. Dat doen wij als pedagogisch medewerkers, dat doen jullie als ouders waarschijnlijk ook.

Wat wel lastig is … is dat ze ook écht alles vertellen!

Dat levert soms grappige taferelen op.

Zo hadden we laatst de pyjamaweek. Alle kinderen mochten in hun pyjama naar de kinderopvang. Natuurlijk hadden ook wij onze pyjama aangetrokken. Onze allermooiste natuurlijk, want wij weten: kinderen vertellen alles. Dus ook welke pyjama wij dragen.

We zien de taferelen thuis voor ons: dat er wordt verteld over dat Eveline bloemetjes op haar pyjama heeft, Chantal gekleurde streepjes en dat Hilde een heel zachte pyjama heeft.

Daar ging ook het gesprek over met een van de ouders.

‘Nee, de pyjama die ik thuis draag, heb ik vandaag maar niet aangetrokken. Daar wordt over gepraat’, glimlachte een van onze collega’s.

De ouder lachte.

‘Haha … inderdaad. En dan draag jij dus nog een pyjama. Wij slapen meestal in ons ondergoed.’

En we zeggen het zo vaak tegen elkaar: ben open naar de kinderen, maar ook weer niet te open. Want alles wordt ‘verklapt’. Daar werden we nu weer in bevestigd.

Want net als de ouder de opmerking over het ondergoed heeft gemaakt, bemoeit ook een van de kinderen zich er mee:

‘Mijn papa en mama hebben geen kleren aan in bed …’

Hoe twee kinderen het leven van een slang redden!

We zijn een groen kinderdagverblijf. Dat wil bijvoorbeeld zeggen dat kinderen hier liefde voor de natuur mee krijgen. Voor bloemen en planten, maar ook voor dieren. Vandaar al onze knuffel-, aai- en kijkdieren.

Dat die liefde soms heel ver gaat, bleek deze week …

‘We hebben een slang gevonden!’

‘We hebben een slang gevonden!’

Twee kinderen komen aangerend bij de leidster. Die moet subiet mee komen. Naar de slang, die natuurlijk een regenworm blijkt te zijn. Gelukkig maar. Want een schaap vinden we zelf eigenlijk al wel exotisch genoeg hier 😉

De slang moet naar de moestuin, vinden ze. Daar ligt lekker eten op hem te wachten (of op haar, dat konden we zo snel niet goed zien ;-)

Maar oppakken …? Tja, dat durven ze niet zo goed.

Denken in oplossingen. De kinderen hier doen dat. Dus gaat een van de twee naar de zandbak om met een lepel terug te komen!

Heel voorzichtig wordt de slang op de lepel gelepeld.

Maar oh jee … onderweg naar de moestuin komen we door de zandbak. En geloof het of niet: de slang valt juist daar van de lepel af. Gelukkig kunnen slangen tegen een stootje. Hij beweegt nog. Het enige probleem: hij is smerig, want behangen met zand.

En dan is er maar één iemand die kan helpen …

Inderdaad: de slangendokter!

(Serieus: zo noemden de kinderen, die nu volledig in het avontuur opgingen, de leidster nu 😉

Op doktersadvies doen de kinderen vervolgens een beetje water op de slang. En ja hoor: na een paar tellen glimt hij weer als nieuw. Nog even wachten … Gelukkig: hij beweegt nog!

De slang wordt weer op de lepel gelegd. En hoe leuk: deze keer met de hand. Het beestje is al niet zo eng meer als zojuist! En nog trotser dan zo even lopen ze nu naar de moestuin.

Smakelijk eten, slang!

De Helpende Handjes Film – we gaan voor een Oscar!

We gaan voor een Oscar!

Wat was dit leuk, zeg!

Ouders weten natuurlijk wel hoe het er hier aan toe gaat bij De Helpende Handjes. We hebben een fijn contact met hen. Nemen vaak alle tijd voor hen. Dat doen we ’s morgens, dat doen we ’s avonds. We hebben ouderavonden en tien-minuten-gesprekjes. En dan houden we online ook nog een ‘boekje’ bij waarin we schrijven over de ontwikkelingen en belevenissen van hun kinderen.

En toch …

… hoe het er hier écht aan toe gaat, dat weten ze natuurlijk niet. Ze zijn er niet de hele dag bij. Hoe graag ze dat af en toe ook zouden willen ;-) Gewoon om te zien hoe ‘die van hun’ het er doet.

En dus bedachten wij: De Helpende Handjes Film!

We hebben een week lang zo veel mogelijk grappige, hilarische, ontroerende en typische momentjes vastgelegd. Van alle kinderen. Daar hebben we een compilatie van een klein uur van gemaakt. Die hebben we deze week ‘afgedraaid’. Op twee avonden, waar alle ouders bij aanwezig konden zijn. In onze eigen ‘bioscoop’ ;-)

En echt: het was té leuk!

Kinderen die elkaar spontaan een knuffel geven. ‘Aaaaaah’

Kinderen die samen in een grote doos klimmen, die toevallig op dat moment om kiepert. ‘Hahahaha …’

Kinderen die in hun kraam ijs staan te verkopen, met een hele rij klanten die met hun wandelwagen passeren: ‘Die?’, terwijl de verkoopster op een van de stenen wijst. ‘Of die?’ ‘Of die?’ ‘Nee, die!’ En de volgende!

(Geloof je nu hoe heerlijk het is om pedagogisch medewerkster te zijn! De fantasie van kinderen is zo rijk en zo puur!)

Kinderen die samen de dieren voeren.

Kinderen die samen buiten spelen.

Sommige ouders misten de hapjes en drankjes, zeiden ze. Maar goed, we zijn natuurlijk ook geen servicebioscoop ;-)

Maar wat is er gelachen. Wat hoorde je vaak aaah’s en oooh’s. En ouders merken natuurlijk aan hun eigen kinderen wel al hoe zij het hier ervaren. Maar nu hebben ze dat een keer met eigen ogen kunnen zien, alsof ze hier een dagje mee hebben gelopen.

En misschien wel de leukste opmerking van een van de ouders, die precies weergeeft hoe het er hier aan toe gaat, is toch wel deze”

‘Nu weet ik waarom ze toch altijd met van die vieze kleren thuis komt …’

Nee echt: een topfilm! We gaan voor een Oscar ;-)

Geloof niet altijd wat een band zingt!

Ken je het Goede Doel, een band uit de jaren tachtig en negentig? Een van hun bekendste nummers gaat over vriendschap. Zij zongen dit: ‘Eén keer trek je de conclusie, vriendschap is een illusie!’

We moesten spontaan aan deze tekst denken.

Het was vlak na de vakantie. Onze 4-jarige hoofdrolspeelster van dit verhaal zou een van de laatste keren bij ons komen.

Zij had haar vriendinnen van De Helpende Handjes drie weken niet gezien. Had zich verheugd op haar laatste weken hier. Wilde nog één keer alles uit de kast halen haar besties. Over de racebaan, op de beruchte brug, naar de schommelboom, in de zandbak, bij de dieren …

Nog één keer alles samen beleven.

Nog één keer het goeie leven leven, voordat het ‘echte leven’ op school zou beginnen.

Ware het niet …

… dat haar twee beste vriendinnen net iets eerder jarig waren dan zij en al meteen na de grote vakantie naar de basisschool mochten.

Die had zij even niet aan zien komen.

Tranen met tuiten.

Zij had zich zo verheugd op die laatste dagen bij De Helpende Handjes. Vier jaar lang met dezelfde meiden opgetrokken hier. Alles meegemaakt. Samen met volle luiers op de commode gelegen, samen ongekend veel geschaterd, samen geruzied ook wel een keer, maar hé, dat gebeurt in de beste relaties!

Samen het leven opgestart.

Prachtige tijd gehad. En nu zou zij die tijd in haar eentje af moeten sluiten. ‘Vriendschap is een illusie …’ We hoorden het haar bijna zingen, tussen haar tranen door!

Totdat papa wegreed, zij zich omdraaide, haar ogen droog wreef, op de andere kinderen afstapte en een heerlijke dag heeft gehad.

Dus vriendschap een illusie? Echt niet. Vriendschap … is iets fantastisch!

Je hebt soms van die ouders ;-)

Je zult ons nooit een overtogen woord horen zeggen over ouders.

Dat hoort niet, vinden wij. Iedere ouder voedt de eigen kinderen op een eigen manier op. Met eigen regels. Met eigen normen en waarden. Prima.

Maar nu kunnen we niet anders!

Want deze moeder!!!!

Echt, hier moesten we wat mee, vonden we.

Over wie we het hebben?

Over moeder eend natuurlijk! Heerlijk mens. Echt. Altijd gezellig. Altijd aan het kwebbelen. Altijd het hoogste woord. Maar sinds ze kinderen heeft … zo over the top beschermend.

En serieus: wij weten ook wel dat het lastig is om los te laten. Maar je kunt ook overdrijven!

Ze heeft sinds kort dus kinderen. Té schattige kinderen.

Dus wat willen wij: een foto maken. Heel begrijpelijk, toch?

Maar denk je dat we dat mogen?

Nee dus. Elke keer als we maar door de knieën gaan om een foto te willen maken, roept ze in alle haast haar kinderen bijeen en brengt ze hen naar binnen. Echt: elke keer!

We hebben veel foto’s gemaakt. Maar allemaal zijn ze wazig. Omdat we heel vlug moesten doen. Of het werden foto’s van moeder eend in de deur van haar woning, met haar kinderen die al binnen zijn. Zoals deze:


Niet bepaald een plaatje dat je gaat delen!!!

Maar gelukkig: de aanhouder wint.

Via een schijnbeweging, in een zeldzaam moment van onoplettendheid van moeder eend, konden we het kroost vastleggen.

Loslaten … Het is soms lastig. Voor iedereen. Ook voor moeder eend. Maar het levert wel iets moois op: deze foto. En zeg nou zelf: zijn het geen dotjes van kinderen!

Moest hij deze vraag van de leidster nu echt serieus nemen …?

Klopt, je hebt gelijk: wij zijn pedagogisch medewerksters op een groen kinderdagverblijf.

En echt: we houden zelf de moestuin bij, zullen een rode paprika dan ook nooit uitschelden voor een rode peper, we voeren, verzorgen en aaien de dieren en we zijn buiten als het ook maar even kan.

Alles en altijd samen met de kinderen.

Maar …

… dat wil niet zeggen dat wij alles, echt alles weten van het buitenleven. Dan hadden we wel een agrarische opleiding gedaan in plaats van een pedagogische.

En dat leidt nog wel eens tot wat onbegrip!

Zo stond een groepje kinderen zich vorige week te vergapen aan de tractor die het gemaaide gras op het weiland achter ons kinderdagverblijf op kwam halen. En hoe leuk: we kregen er tekst en uitleg bij van een van de kinderen.

De jongen wist precies te vertellen wat er op het land gebeurde. Het gras was eerder al gemaaid, vertelde hij. Daarna moest het drogen, werd het door de schudder – die achter een tractor hangt – opgeschud, kon het verder drogen, werd het geduind (op hoopjes gelegd, red.) en nu dus opgehaald.

Echt: een boer of leraar in de dop.

Hij vertelde vol passie voor het buitenleven.

Eén ding moet hij alleen nog leren: dat ‘leerlingen’ niet altijd al alle wijsheid van de leraar in pacht hebben.

Want hij wist ons ook nog te vertellen dat het gras later door de koeien opgegeten zou worden.

Of koeien nog meer eten dan alleen gras, wilden wij weten.

De jongen slaakte een diepe zucht over zo veel onwetendheid bij de leidsters. En heel even keek hij ons aan. Of hij deze vraag wel serieus moest beantwoorden. Hij besloot het toch maar te doen:

‘Koeien eten natuurlijk ook gewoon voer!’

Oh ja … natuurlijk 😉