Ach, ons Roosje … Een schat van een dier. Zodra wij ook maar enigszins in haar buurt zijn, komt ze naar ons toe gelopen. Ze houdt ervan om te worden geaaid of zelfs geknuffeld.
Veel lievere ezels dan ons Roosje ga je niet vinden.
De kinderen zijn dan ook gek op haar. Al moeten kinderen soms ook wel weer wennen aan een ezel op een kinderdagverblijf.
Mooi moment bijvoorbeeld toen we met een groepje kinderen bij Roosje waren en we druk aan het praten waren. Dat Roosje aaien zo fijn vindt. Dat Roosje van wortels houdt. Enzovoorts.
Een van de kinderen kijkt ons vreemd aan: ‘Roosje? Maar het is toch een ezel!’
…
En deze week was er een kind voor wie fantasie en werkelijkheid nog wat door elkaar lopen …
Als we weer eens bij Roosje staan, valt het ons al op dat ze continu naar haar staart kijkt.
Wij aaien Roosje. Zij kijkt naar haar staart.
Wij praten tegen Roosje. Zij kijkt naar haar staart.
Totdat ze haar ongeduld verliest: ‘Waar blijft nou die munt …?’
We vermoeden dat ze in de Efteling is geweest -)
